
Kinderen en jongeren die regelmatig eens een compliment krijgen en positieve reacties ervaren op hun manier van doen, beseffen of weten dat ze gewaardeerd worden om wat ze zijn en kunnen. Kinderen waarop veel gemopperd wordt en die vaak negatieve reacties ontvangen, ontwikkelen een negatief zelfbeeld. Ze denken dat ze niet aardig gevonden worden en niet veel goeds kunnen doen.
Positieve houding #
Je bent als vrijwilliger vaak met kinderen bezig. Als je op een positieve manier met hen omgaat, krijgen ze meer zelfvertrouwen. Het zelfbeeld van de kinderen, dat is de voorstelling die ze van zichzelf hebben, wordt positief beïnvloed. Ze zullen zich geborgen en veilig voelen in je groep.
Die positieve houding blijkt zowel uit je woorden als uit je gedrag; de toon van je stem, je houding, de uitdrukking van je gezicht, het speelt allemaal mee.
Een positieve houding in de omgang met kinderen en jongeren wil niet zeggen, dat je kinderen altijd moet loven en prijzen. Het verbeteren, het aanwijzingen geven waardoor iets beter verloopt en het geven van opbouwende kritiek als er iets niet goed gaat, geeft blijk van een positieve omgangshouding.
Kinderen en jongeren, die geen reactie krijgen als er iets fout gaat of als ze zich niet goed gedragen, ervaren dat als onverschilligheid van de leiding: ‘het maakt ze niet uit wat ik doe’. Daardoor wordt een negatief zelfbeeld bevorderd.
Voorbeeld #
Sanne van zeven is vaak onrustig. Bij de opdracht om een masker te versieren, trekt ze er met stiften snel een paar strepen op. Ze laat haar ‘versiering’ aan je zien. Hoe reageer je? Je zou bijvoorbeeld kunnen zeggen: “Leuk dat je met stiften tekent”. Maar je kunt ook reageren met “Dat kan heel leuk worden Sanne. Alleen jammer dat je maar één kleur hebt gebruikt. Probeer ook eens andere kleuren”.
Uit eigen ervaring weet je, dat het krijgen van een compliment je hele dag goed kan maken. Dat geldt uiteraard ook voor kinderen en jongeren. Tijdens de activiteiten ben jij degene die hen een steuntje in de rug kan geven.
Complimenten geven doe je ook door houding en uitstraling.
Bij opbouwende kritiek is het belangrijk, dat je alleen de handeling of een bepaald onderdeel van het gedrag bekritiseert en niet het hele kind veroordeelt. Als je het kind als persoon een negatieve boodschap geeft, bijvoorbeeld ‘wat ben je toch een slechte tekenaar’, weet het niet wat het moet veranderen om geen ‘slechte tekenaar’ te zijn.
Voorbeeld compliment #
Bij elke tekening die een kind laat zien, roep je in het voorbij gaan, dat het prachtig is. Je kijkt nauwelijks of niet naar de tekening. Zo’n manier van handelen werkt negatief. Kinderen en jongeren voelen heel goed aan of je een compliment echt meent. Als dat niet zo is, dan werkt het ook niet. Het gaat om ‘echte aandacht’. Het effect is ook, dat je bij een volgende opmerking niet meer serieus genomen wordt.
Aandachtspunten voor een positieve sfeer in de groep
Bedenk zoveel mogelijk aandachtspunten die bij kunnen dragen aan een positieve sfeer in je groep. Plaats deze aandachtspunten onder het kopje waar je vindt dat ze passen:
- De groep als totaal;
- Het kind als groepslid;
- Het programma;
- De leiding.

Enkele aandachtspunten bij ‘de groep als totaal’ #
- Bepaal wat gewenst gedrag is en moedig dat iedere keer aan.
- Zorg dat de groep in het programma geïnteresseerd is.
- Zet de groep centraal en niet alleen de activiteit.
- Investeer vooral in het scheppen van een goede groepssfeer.
- Wees eerlijk en consequent.
- Geef blijk van gevoel voor humor.
- Vermijd dreigementen en kwaadheid.
- Geef de groep verantwoordelijkheid.
- Laat merken dat je op de groep gesteld bent.
- Zorg dat de groepsleden weten, wat er van hen wordt verwacht.
- Praat in positieve bewoordingen.
- Maak door voorbeeldgedrag duidelijk, dat je de omgang met elkaar en de samenwerking in de groep belangrijk vindt.
Voorbeeld hoe je de aandachtspunten kunt toepassen bij een groepsactiviteit
#
Vooraf
- Deel de ruimte zo in dat de groep goed aan de opdracht kan werken terwijl jij overzicht hebt op wat er gebeurt.
- Verzamel vooraf de materialen die je nodig hebt en geef ze de juiste plaats vóór je aan de activiteit begint.
- Groep bij elkaar roepen. Kies niet automatisch voor een fluitsignaal. Fluisteren of een spoor van briefjes uitleggen, maakt de groep nieuwsgierig naar wat komen gaat.
Inleiding, spelklimaat scheppen
- Benoem de activiteit; breng de groep in de sfeer van de activiteit.
- Creëer de spelsituatie.
- Laat groepjes vormen.
- Laat de groepjes plaatsnemen in de ruimte.
- Introduceer de beschikbare materialen en hoe er gebruik van kan worden gemaakt.
De activiteiten
- Instructie
- Achterhaal wat de groep moet weten om het spel goed en eerlijk te spelen of de opdracht creatief en veilig uit te voeren.
- Uitvoering
- Kijk hoe de groep met de activiteit bezig is en ontdek wat de groep nodig heeft om plezierig samen bezig te zijn.
- Begeleid niet alleen het spel, maar ook de deelnemers aan het spel.
Afsluiting
- Ruim altijd de ruimte en de gebruikte spulletjes samen met de groep op, in ieder geval een deel ervan. Opruimen maakt de groep mee verantwoordelijk voor de activiteit en het materiaal dat gebruikt is…